ArchitectenPunt / Stabu

mariekepool Marieke Pool 19 Juli 2016 Algemein Teilen

Op dit moment maken partijen in de bouw onder meer gebruik van nl/sfb en bouwsystemen & installaties. Eerstgenoemde classificatie is verouderd en nog niet compleet, laatstgenoemde haar tijd vooruit. De oplossing? Een verbeterde classificatie waarin pijnpunten van beide classificaties worden aangepakt en gebruiksvriendelijkheid voorop staat. Aan tafel zitten bernd karstenberg, eigenaar van lccvision en lcc/tco adviseur bij bbn adviseurs, jan van ravenswaaij, manager planontwikkeling bij bam en marc verhage, algemeen directeur stabu.

achitechtenpunt

Jan van Ravenswaaij vangt aan: ‘Ik zit bij STABU aan tafel als vertegenwoordiger van UNETO-VNI, een brancheorganisatie voor de installatiesector in Nederland. Ik neem al sinds een jaar of vijf deel aan deze projectgroep 12/14. De centrale vraag is hoe maken we de elementen in een gebouw naar elkaar toe herkenbaar? En dan wel integraal en voor de gehele levenscyclus. We maken een plan van bouw tot sloop en de belangrijkste elementen hierin willen we herkenbaar maken. Dat doen we middels classificaties.’ Bernd Karstenberg vult aan: ‘Dat herkenbaar maken doen we van grof naar fijn. In een vroeg stadium weten we nog niet alles over het detailniveau. Naarmate de oplevering dichterbij komt verschuift dat niveau van abstract naar concreet.’

Jan: ‘NL/SfB is geschreven vanuit de architectenwereld. De basis voor deze classificatie is al in 1947 in Zweden gelegd. NL/SfB heeft heel lang goed gefunctioneerd, maar de wereld draait door. Hierdoor is het noodzakelijk om de classificatie af te stemmen bij de huidige eisen en stand van zaken, waarbij de herkenbaarheid van de oorspronkelijke classificatie NL-SfB voor de vele gebruikers is gewaarborgd. We zijn nu eenmaal gewend aan deze rode draad. Daarom wordt BS&I niet algemeen omarmd, de herkenbaarheid ontbreekt. Het is belangrijk dat we dezelfde taal blijven spreken. Zeker in het kader van de BIM-ontwikkelingen.’

Bernd: ‘We willen graag naar uniformiteit, duidelijk specificeren. In elke fase van het bouwproces, tijdens het ontwerp, tijdens de bouw en tijdens de exploitatie. Zaken moeten afgebakend zijn. Zowel op kwaliteits- als op kostenniveau. Dat realiseer je alleen als we allemaal dezelfde taal spreken. NL/SfB in de huidige versie is niet meer helemaal passend. Daarom zijn de werkgroepen in het leven geroepen. We hebben gekeken hoe we ook de STABUsystematiek kunnen inzetten om uniformiteit te creëren en een nieuw overlappend systeem konden maken.’

Jan: ‘In de gebouwde omgeving verandert momenteel veel. Duurzame opwekking en gebruik van energie, circulariteit van materiaal alsmede de werkprocessen en communicatie veranderen in hoog tempo. Deze innovaties resulteren in grote veranderingen van installatieconcepten.’  

Marc: ‘Voorheen was er geen noodzaak om NL/SfB aan te passen en dat was door de licentiehouder daarvan bovendien niet toegestaan, dat is door deze snel veranderende markt nu anders. Daarom ook is STABU begonnen met Bouwsystemen & Installaties als logische opvolger van NL/SfB.’

Jan: ‘Het door Cor Cornax (domeindeskundige werktuigbouwkunde bij STABU, red.) ontwikkelde FODAR-principe is niet terug te vinden in huidige classificaties. Terwijl deze volgorde: Functie, Opwekking, Distributie, Afgifte en Regeling juist ongelooflijk logisch is.’

Marc: ‘Dit soort nieuwe inzichten zijn inderdaad niet beschikbaar in NL/SfB maar wel in Bouwbreed BS&I.’

Bernd: ‘Terwijl dit principe een enorme winst in flexibiliteit geeft.’ Jan: ‘Conclusie: we willen naar een eigentijdse flexibele classificatie die ook in de toekomst bruikbaar is. Daar werken we achter de schermen hard aan.’

Marc: ‘De werknaam is de Nieuwe Lijst. We zoeken nog naar een naam die perfect past bij de kenmerken van de classificatie: levenscyclus, asset, accommodatie, integraal, installatie en bouw.’ Jan: ‘Het moet duidelijk zijn dat dit niet weer een nieuwe classificatie is, maar een verbetering van drie bestaande classificaties. De Nieuwe Lijst gaat recht doen aan wat er al is en is tevens eigentijds, duurzaam en toekomstgericht.’ Bernd: ‘Dit initiatief krijgt de steun van diverse partijen in de markt waaronder UNETO-VNI, NLingenieurs, ISSO, BIM loket, SKB, vastgoedeigenaren van onderwijsinstellingen en ziekenhuizen.’ Jan: ‘Vanuit BAM leggen we graag de nadruk op uniformiteit. De Nieuwe Lijst gaat ook volledig voldoen aan de vernieuwde NEN 2699.’ Marc: ‘Voorheen had iedereen een classificatie voor de eigen doelgroep. NL/SfB om te ontwerpen, STABU om bestekken mee te maken, ETIM voor de handelsinformatie enzovoort. Inmiddels groeien al deze classificaties naar elkaar toe en ontstaat er overlap. Daarom is er behoefte aan één eenduidige taal.’

Jan: ‘Met de Nieuwe Lijst willen we de vernieuwende factor zijn van alles wat er al is in het vak.’ 

Bernd: ‘We proberen het zo op te knippen dat iedereen op zijn eigen niveau informatie kan toevoegen. Van ontwerp, BIM, tot realisatie en zeker ook in de exploitatiefase, zonder de herkenbaarheid van diverse bestaande systemen volledig om te gooien.’

Marc: ‘STABU omarmt dit initiatief. Ook wij willen naar een classificatie waar iedereen zich in kan vinden. Om dit te realiseren zijn er slechts kleine aanpassingen in de huidige opzet van BS&I nodig.’

Jan: ‘Ontwikkelen en bouwen doen we in vijf jaar, daarna volgt een exploitatieperiode van dertig tot vijftig jaar.’ Marc: ‘We richtten ons in de bouw met alles wat we hebben op de projectfase. De laatste jaren hebben we steeds meer de behoefte om ook naar de beheerfase te kijken.’ Jan: ‘Als ik in de initiatieffase zit, wil ik alleen over verwarming in het algemeen praten.’

Bernd: ‘En pas later verfijnen we naar soorten verwarming en daarna op detailniveau met materialisatie.’ Marc: ‘En dan is de laatste stap de keuze in merk en kleur, om een daadwerkelijk product te kunnen bestellen.’ Jan: ‘Dus als ik een bouwproces start zit ik op laag detailniveau en als ik aan de slag ga met BIM zit ik op een hoger detailniveau. Daar gaat de Nieuwe Lijst invulling aan geven.’

Marc: ‘De discussie is vaak dat bestekschrijvers alles al vooraf willen beschrijven. Wij hebben Bouwbreed ingericht op prestatieniveau en om de aansluiting met BIM mogelijk te maken.’ Bernd: ‘Stel je voor dat je een hele campus moet beheren. Dan wil je precies weten wat je moet vervangen en waardoor je het moet vervangen, zodat alle eisen precies overeenkomen. Details zijn super belangrijk om zo eenduidigheid te krijgen in de gekozen materialisatie.’ Marc: ‘Kijk naar gevangenissen waar een nieuwe vleugel ge - wenst is. De vleugel wordt vaak heel algemeen beschreven, maar wanneer het op sloten aankomt beschrijven we wel op detailniveau. Het is dus hybride qua niveau van beschrijving. Een compleet sluitend systeem is dan onmisbaar.’ Jan: ‘Belangrijk is dat de Nieuwe Lijst aansluit op de codering van de BIM-objecten.’ Bernd: ‘We moeten er ook naartoe dat iedereen dezelfde terminologie gaat gebruiken.’ Marc: ‘Het uitgangspunt is dat de Nieuwe Lijst aansluit op NL/ SfB en BS&I en dat aan deze combinatie-classificatie alle be - langrijke systemen te koppelen zijn. En ontwikkeld als open standaard. De positieve boodschap is dat dit is ontstaan vanuit marktpartijen en dat we gezamenlijk iets praktisch tot stand willen brengen. De eerste versie komt na de zomer beschikbaar.’ Bernd: ‘We hebben commitment, alleen er moet nog een stempel op. De Nieuwe Lijst wordt een groeidocument, waarin alle betrokken partijen inbreng kunnen hebben. Of het nu gaat om installaties of bouwkundige componenten, alles vanuit één universele lijst.’ Jan: ‘Eind dit jaar is de Nieuwe Lijst klaar. En dan hebben we vast ook een geweldige benaming voor deze ketenbreed bruikbare classificatie.’ Marc: STABU zal deze lijst opnemen in Bouwbreed en deze als open standaard gaan beheren in overleg met het BIM loket. 

Aart van gelder lid van de bouw informatie raad (bir) ‘de vernieuwde versie nl/sfb is etim, stabu en nen 2699- proof en met deze aanpassing is koppeling met bim een feit geworden. Dit geldt ook voor bijvoorbeeld de aansluiting op de uniforme objecten bibliotheeken het standaard (bim) gebouwdossier. Voor gebruikers betekent het gemakkelijker enefficiënter werken (in bim).’

Nico prenen projectmanager beheer en onderhoud tu delft fmvg, voorzitter projectgroep en klankbordgroep bim in beheer van de universiteiten nederland ‘het is van groot belang voor alle partijen betrokken bij de levenscyclus van een gebouw dezelfde (elementen)taal spreken om een eenduidige communicatie van inhoud mogelijk te maken. Hier geeft de nieuwe lijst een nieuwe invulling in! Essentieel voor een (kosten)efficiënt en doelmatig proces van ontwerp, realisatie en beheer van gebouwen en installaties.’

Michiel van der meulen projectleider nationale milieudatabase namens sbk ‘harmonisatie door en in samenwerking met de branche is cruciaal om binnen de bouwwereld dezelfde taal te spreken.’

Jacqueline meerkerk directeur bim loket ‘vanuit het bim loket juichen we alle initiatieven die leiden tot eenduidige informatie-uitwisseling uiteraard van harte toe. Mooi om te zien dat er werk van wordt gemaakt om classificaties op elkaar af te stemmen! Het bim loket is wat ons betreft het aangewezen platform om in gezamenlijkheid te komen tot verbetering.er zijn veel gebruikers van de nl/sfb standaard en het is van belang dat er een duurzame oplossing komt voor de hele sector. Zolang we de vraag van de klant centraal blijven stellen, komen we samen zeker tot de juiste - en gezamenlijke - oplossing.’

Download PDF   

mariekepool Marieke Pool 19 Juli 2016 Algemein Teilen

Read more publications

Jeden Monat das Beste von Life Cycle Vision in Ihrer Mailbox?

Melden Sie sich für unseren Newsletter an und bleiben Sie auf dem Laufenden